EENE WANDELING DOOR ’s-GRAVENHAGE.
174
Men vindt hier, evenals op het Spui, de verschillende
schuitenveeren, o.a. van Amsterdam, Utrecht en Gouda.
Voor de brug links omslaande komen wij langs de
huizen van Cent Claess van der Linde en de Wed. en
erfgenamen van den Architect Maurits Post, zoon van den
bekenden Pieter Post, den bouwmeester -van -de-NieuWe
Kerk, die wij weldra zullen zien, den Luitenant Geesdorp,
de erfgenamen Winterack en het huis genaamd „de Lant-
meeter” van Jan Gijsbrechtss Veerman.
De brug overgaande, bij de Wagenstraat, gaan wij langs
de andere zijde terug. Van hier tot aan de Kraanstraat
passeeren wij de huizen van den Advocaat de Mist,
de Predikanten Landtman en Anica enz. Verder
komen wij langs Johannes Oirschot, Hendrik Vis-
bach, den Procureur Oldersum enz. weder aan de
westzijde van het Spui, waar wij het huis zien, genaamd
„de Keizershoet” van Johannes van Heusden, „de 7
Keurvorsten” van Johan Wachter uit Amsterdam, „den
Swarten Haen” van Jan Cuijck, „de Vergulde Bostelcuijp”
van Hendrik de Haes, schoenmaker, en „het Wapen van
Londen” van Sr. Johan Leendertss. van Beeckesteijn,
ordinaris-bode van den Hove van Holland.
De St. Jakobsstraat of Paddemoes zullen wij maar
liever links laten liggen, daar deze straat nu juist niet
tot de fraaiste, zindelijkste en fatsoenlijkste behoort, on
danks den naam dien zij draagt van den Heiligen Jacobus,
aan wien eertijds een hier in deze buurt staande kapel
was gewijd. In 1626 droeg deze straat den naam van
het „Schotse Kwartier”, omdat zij bewoond werd door
verscheidene Schotsche krijgslieden die dienst hadden
genomen in het leger van de Staten.
Op een gedeelte van het Padmoes werd in 1649 de
Nieuwe Kerk gebouwd, door de „Societeyt van 's Graven-
hage”, voor de som van 441.640, 7 stuivers. Alles