EENE WANDELING DOOR ’s-GRAVENHAGE. I76 1) De Riemer. 2) De Fonseca, deel II, bladz. 43. grovere soorten van laken gemaakt, terwijl de fijnere soorten in Delft werden geweven. Deze „lakenen” werden met „de voet gevolt” en op de ramen gerekt, terwijl zij door de „waardijns” of lakenkeurders „bij vollen zonne schijn” op de ramen moesten „geoordeelt” worden. Maar toen de Engelschen, die den Nederlanders „de laecken-makerskonst” hadden „ontvreemt”, hunne waren mede overal ter markt brachten, begon de Haagsche „laken-draperye” allengs te verloopen. Vroeger bestond hier ook een lakenhal „het Wolle Wanthuys” genaamd, die gehouden werd in het St. Ni- colaas gasthuis. x) De eerste straat links heet de Gedempte Laan of Gracht en werd vroeger de Lange Gracht genaamd. Zij komt uit in de Wagenstraat en blinkt niet uit door zindelijk heid of fraaie huizen. Toch zijn er ook eenige burger woningen, die er beter uitzien dan de anderen, zooals die van de Wed. van Jan van Loveren, schoolmeester, Sijmon Boucket, passementwerker, Jan van Alteren en anderen. In deze straat werden op 20 Aug. 1672 de kin deren van Johan de Witt verborgen gehouden voor de woede van het gepeupel en wel in het huis genaamd „de Wenteltrap”, van het Spui gerekend het tweede huis voor men aan de Bezemstraat komt. Zekere zuster Koster, een lid van de Doopsgezinde gemeente, hield ze daar verborgen, totdat men den dag daaraanvolgende gelegenheid vond de ouderlooze kinderen in het geheim naar Amsterdam te brengen. 2) De Voldersgracht gelijkt veel op de Gedempte Gracht. Toch zijn er ook enkele huizen die boven de andere uit-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1901 | | pagina 192