OP DE NIEUWE HAEGSCHE APOTHEEK. Hage, ziel der Paradyzen Overlommert bloemtapyt Zetel van den gulden tyt, 'k Zie uw Lindedreven ryzen Maer, helaes, ik zie met een In Uw’ Hof de Zonde sluipen, Die gelyk een Slang komt kruipen; ’k Zie de Doot met snelle schrèen Wand’len langs Uw brede paden; 'k Zie de Teering, Koorts en Pest Stygen uit het drakenest Overdekt met rosebladen. Maer ik zie, ter goeder uur, Onder ’t woelen van die plagen, 't Heillicht der Geneeskunst dagen; Hoe de lachende Natuur Ed’Ie wort’len weet te kweken, Kruiden fokt, en bloemen leest, Tot versterking van den geest En herstelling der gebreken. Zie ik daer geen Nieu Gesticht, In ’t vermaerde Hof der Graven, Om d’ Aemmechtigen te laven, Vrolyk ryzen in het licht,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1901 | | pagina 283