HET KATHOLICISME, ENZ.
273
De Parochie heeft haar ontstaan te danken aan de
vroegere kapel der Fransche ambassade; vandaar dat zij
nog wel Frankrijks kerk wordt genoemd. Ook de tweede
Patroon, de H. Lodewijk, koning van Frankrijk, wijstop
dien oorsprong. Toen de revolutionnaire regeering van
Frankrijk deze ambassade in 1793 ophief, werd hare kapel,
toen reeds door Franciscanen bediend, voor het publiek
gesloten, doch in 1795 met toestemming der kerkelijke
overheid als Missiestatie heropend. De eerste Pastoor was
nu de Eerw. Pater Joannes Langestraat, die in 1800
overleed en opgevolgd werd door Pastoor J. de Bitter.
Deze liet naast de kerk eene pastorie bouwen, wat een
groote verbetering was, daar de geestelijken dezer statie
te voren ieder afzonderlijk woonden.
In 1805 werd de kerk, staande op den grond der am
bassade, door den Franschen gezant Lemonville onder
zekere lasten en voorwaarden aan de R. K. gemeente
ten geschenke gegevenechter deed zich al spoedig de
behoefte gevoelen aan een beter en ruimer kerkgebouw.
Nadat reeds herhaalde doch vruchtelooze stappen in die
richting gedaan waren, kocht Pastoor Lochman eindelijk
een ledig terrein aan de Princessegracht, dat eigendom
was der Fransche ambassade. In 1841 werd de koninklijke
machtiging voor den kerkbouw verleend, 13 Juni 1843
de eerste steen gelegd, en den 7 Oct. 1846 werd de
nieuwe kerk door Mgr. van Wijkersloot plechtig gecon
sacreerd, nadat zij reeds vroeger, in 1845, voltooid en in
gebruik was genomen. Tijdens den bouw werd Pastoor
Lochmans, wegens ziekelijkheid eervol ontslagen en op
gevolgd door Pastoor Op den Kamp. Meerdere belangrijke
bijzonderheden omtrent dit alles zijn te vinden in „Haagsch
Jaarboekje 1895”, blz. 89 98 (Frankrijks kerk. L. J. J.
Hageraats). Vermelding verdient nog de jongste verbouwing
in 1897, waardoor kerk en pastorie onder leiding van den
18