276
HET KATHOLICISME, ENZ.
het hoofd der parochie gestaan
van 1796— 1801. i)
1801 1822.
6 Juli 2 Aug. 1822.
waren de moeilijkheden uit den weg geruimd, die den
zoo noodzakelijken bouw eener nieuwe kerk met daaraan
verbonden pastorie tot nu toe hadden tegengehouden.
Onder Pastoor Eisen werd dit groote werk begonnen en
voorspoedig ten einde gebracht. Aan het tegenwoordige
kerkgebouw, tot welks voorplein een oude poort van het
vroegere gezantschapshotel toegang verleent, werd de
eerste steen gelegd op 31 Mei 1839, en den 13 Oct. 1841
werd de voltooide kerk door Mgr. van Wijkersloot
plechtig geconsacreerd en vervolgens met de daaraan
verbonden pastorie in gebruik genomen. In den laatsten
tijd heeft de pastorie nog eene belangrijke vergrooting
ondergaan, waardoor zij o.a. met een zeer ruime zaal en
hoogst doelmatige catechismuskamers verrijkt is geworden.
Meerdere en uitvoerige bijzonderheden omtrent deze
parochie zijn te vinden in de belangrijke brochure van
Pater P. G. Bongaerts „De St. Theresia-kerk”, uitgegeven
in 1866, bij gelegenheid van het vijf en twintig-jarig
bestaan der kerk. Sedert het begin dezer eeuw hebben
de volgende pastoors aan
Robertus de Jonge
Franc. Jac. Raynal
Carolus Flament
R. de Jonge als Kapelaan-Major der Spaansche legatie;
zoo ook zijn opvolger F. J. Raynal tot 1807; toen werd de
Spaansche kapel een missiestatie en Pater Reynal haar eerste
Pastoor.
s) De Eerw. Heer Flament is slechts waarnemend Pastoor
geweest en een tusschenpersoon om den overgang der Statie
op de Jezuieten voor te bereiden. Hij was een Fransch priester
en heeft jarenlang het bestuur der Koninklijke bibliotheek waar
genomen.
Pastoor Raynal had de nog voorhanden zijnde sieraden en
meubelen der kerk van de eigenaresse, de weduwe van Oost-
huijse van Rijsenburgh, aangekocht, en vermaakte bij zijn.