3^8
OUDE-EEUWSCHE AVONDBEDE.
als bondgenoot van Frankrijk de oude Bataven mede
plichtig maakte aan de vernedering van Duitschland.
Het Keizerlijke decreet van 9 Juli 1810 had „Holland”
bij het Fransche Keizerrijk ingelijfd. De Prins van Oranje
was na den slag bij Auerstadt, waar hij zich, evenals in
1793, ’94 en ’95 glansrijk als veldheer had onderscheiden,
ontzet van het vorstendom Fulda en van zijne Nas-
sausche eigendommen. Zijne gemalin en zijne kinderen
moesten een tijdlang Berlijn, zijne moeder en zijne zuster
Brunswijk ontvluchten. Zware vermoeienissen en ontbe
ringen hadden zijn zesjarige dochtertje Pauline te Freyen-
walde ten grave gesleept. Oranje zelf was achter de
Oder gebannen. De Prinses-douairière en haar dochter
vonden een vriendelijke schuilplaats te Ludwigslust in
Meklenburg, daarentegen een koele, schier onbeleefde
ontvangst vanwege het Deensche hof in Sleeswijk. Rouw,
scheiding en gemis van alle inkomsten deden den kelk
der beproevingen van het Oranje-Huis overloopen. Geheel
afgesneden zijnde van Engeland, maakte Prinses Wilhel
mina in 1806 de nog overgebleven kostbaarheden uit de
voormalige rariteits-kamer van Prins Willem V te gelde om
hare kleinkinderen voor nooddruft te behoeden.
Met Napoleons nederlaag in Rusland begon het voor
Europa, ook voor het oude Oranje-Huis’te dagen. Evenals
de Prinses-Moeder gedurende haar ballingschap bij alle
internationale onderhandelingen te Bazel, Leoben en Campo
Formio, te Rijssel, Amiëns, Rastadt, Tilsit en elders de
belangen van haar Huis ter sprake had weten te brengen,
overtuigde zij in het voorjaar van 1813 haar zoon om zich te
Breslau rechtstreeks tot Tzar Alexander te wenden, ten einde
bij een gelukkige wending van den aanstaanden veldtocht
herstel der Oranje’s in Nederland te bewerken. Hoogstens
stelde Oranje zich daarbij enkele wijzigingen in de oude
Unie voor, maar dacht aan geen souvereiniteit in Neder-