68 DE WORDING EN ONTWIKKELING VAN HET HOF. eenigszins Jhr. G. G. Calkoen. Utrecht, Augustus 1900. een waardig die Haghe om aan het hof maar blijvend aanzien te verleenen. Noch Karel V, noch Philips II, hebben ooit persoonlijk iets van belang voor het Hof gevoeld. Hunne stedehouders voerden voor hen het bewind. Mochten deze al vertegen woordigend kunnen optreden, uit den aard der zaak moest opzienbarend „hofhouden” hen verboden zijn, ook al hadden zij daartoe smaak gevoeld. Reeds in den aanvang der i6d,; eeuw heeft dan ook het Binnenhof zich voor bereid als het ware voor de ernstige dagen, welke het einde dier eeuw zouden besluiten.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1901 | | pagina 78