75
PRINS WILLEM III IN BETREKKING TOT DEN HAAG.
1) Uit het fraaie, aan de Koningin van Engeland toebehoorend
portret van den Prins, door C. Janssens van Ceulen, dat in
het najaar van 1898 op de Oranje-Nassau-tentoonstelIing te
Amsterdam is te zien geweest, blijkt dat hij nog op achtjarigen
leeftijd in een lange jurk gestoken werd.
-) Gonnet, Briefwisseling der Gebroeders van der Goes. I.
bl. 48, 25 November 1659. „De Prins van Oraigne woont tegen-
woordich tot Leyden ter studiën, daer toe die van de stadt
seer hebben aengehouden ende sijne incomste, met de borgerije
in de wapenen, seer verheerlijckt, dat hier al groote jalousie
maeckt”.
vonden dat niet alleen zijne materieele belangen schandelijk
verwaarloosd waren, maar eveneens zijne opvoeding;
daarom werd toen de heer van Zuylenstein, de natuurlijke
broeder zijns vaders, tot gouverneur over hem aangesteld,
en weinige maanden daarna werd hij naar Leiden gezonden,
om daar, onder het toezicht van zijn gouverneur en de
leiding van den uit Breda ontboden professor Bornius en van
een Fransch jurist en letterkundige, Samuel Chappuzeau,
meer geregeld onderwijs te ontvangen, dan hem tot dusver
gegeven was. Zeker, zelfs voor een Prins, komt de leeftijd
van nog geen tien jaren vrij jong voor om aan de Hooge-
school te worden toegelaten, maar zijne verplaatsing naar
de Academiestad zal wel in de eerste plaats ten doel gehad
hebben hem te onttrekken aan de ongelukkige invloeden
zijner vrouwelijke omgeving en aan de verweekelijking,
die daaruit voor den niet sterken knaap te duchten viel. 1)
Met geestdrift werd de achterkleinzoon van den stichter
der Leidsche Universiteit binnen de poorten der Sleutelstad
ingehaald. In den Haag was men bepaald jaloersch van
de openlijke huldiging, die Leiden den Prins had mogen
brengen. 2) Maar het leed njet lang of men zou zich hier
schadeloos stellen. Nog slechts korten tijd was de Prins
te Leiden toen buiten ’s lands, vrij onverwacht, een om
wenteling voorviel, die van onmiddellijken invloed moest