HET BINNENHOF VAN 1247—I747.
III
kwam hen meer eer ten slotte toe, dan wel strikt genomen
uit den aard van hun gezag voortvloeide.
De Staten-Generaal waren souverein; hun vergader
plaats en alle vertrekken, noodig voor de uitoefening
van het algemeen bewind, vindt men dus begrijpelijker
wijze terug in het oude Grafelijkheidslogies, ten oosten
der kapel. De Staten van Holland behielden hun oude
kwartier ten westen daarvan. Stadhouder Maurits betrok
in hoofdzaak het kwartier boven de middelpoort. De overige
inrichtingen als de Rekenkamer (van het gewest) en het
Hof Provinciaal bleven gevestigd als van ouds naast
en achter de groote zaal.
De Staten-Generaal vergaderden sinds 15 Jan. 1585
voor goed binnen den Hove. (Voor dien tijd te Middel
burg, Dordt of Delft). Leycesters optreden tegen 1586
hij vertegenwoordigde Engelands souvereiniteit over deze
gewesten deed de Staten-Generaal ter vergadering ver
huizen naar twee kamers binnen het stadhuis van die
Haghe, van waar zij in Dec. 1588 voor goed terug
keerden naar het Grafelijkheidskwartier; hoewel niet
zeker is het toch waarschijnlijk, dat zij destijds even als
later hebben ingenomen de bovenvertrekken a en b,
liggende hunne eigenlijke vergaderzaal aan het Binnenhof,
terwijl dat de zaal aan den vijver ook reeds toen zal
gediend hebben voor de besoignes met gezanten en
andere hooge waardigheidsbekleeders, evenals later.
Oorspronkelijk tijdelijk bijeenkomende, werden deze
Staten door hun uitvoerend college, den Raad van State,
naar behoefte bijeengeroepen. Sinds 24 Juni 1593 ver
gaderden zij echter „permanent”, wat de macht van het
uitvoerend gezag van den Raad zeer verzwakte. Reeds
in 1592 richtten zij zich meer behagelijk in hun ver
gaderzaal inhun deurwaarder vestigde zich zes jaren
later in de oude grafelijke warderobe e. (Een meer ge-