12 HET HUISHOUDBOEK VAN JOSINA VAN DORP G. J. Dozy. Twee jaar later besluit jonkvrouw Josina haar neef iooo gulden ’s jaars toe te leggen, waarvoor hij zijn „costen ende cleeren” zelf moet koopen en betalen. Daar hij bovendien een knecht houdt, komt hij niet uit, zoodat met goedvinden van zijn voogden het eerste jaar een subsidie van tweehonderd gulden voor zijn kleeding wordt toegestaan. In tegenstelling met zijn broeder vestigde hij zich in de Zuidelijke Nederlanden, waar hij als edelman aan het hof van Albertus en Isabella verbonden werd. Hij ver kocht toen zijn heerlijkheid Maasdam.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1902 | | pagina 20