dit
DE WONING VAN DESPINOZA OP DE
STILLE VEERKADE.
Toen ik een paar jaar geleden de eer had een bezoek
te brengen aan wijlen den Zeer Geleerden Heer Tal,
Rabbijn der Israëlitische gemeente te dezer stede, om
hem te raadplegen over enkele Hebreeuwsche boeken
van Spinoza's boekerij, vermoedde ik weinig dat ik mij
in het huis bevond waar die boekerij zelve eens had
gestaan, en de wijsgeer zelf had gewoond.
Nu het mij gelukt is zulks te kunnen bewijzen, is het
mij aangenaam het in de jaarboeken van „Die Haghe”
ter algemeene kennis te mogen brengen.
Op zonderlinge wijze is men in de bepaling van
huis telkens op een dwaalspoor geraakt.
Johannes Colerus, onze eerbiedwaardige en geloof
waardige zegsman omtrent Despinoza’s leven in den Haag,
vermeldt ons, op bladz. 27 van de Uitgave van zijn werk
door den Heer Campbell, bladz. 147 der oorspronkelijke,
dat de wijsgeer zich in den Haag vestigde op de Veerkaai,
ten huize „van de weduwe van Velen, alwaar hij zich
ook in de kost besteed hadde, in hetzelfde huis, daar ik
tegenwoordig in wone, zijnde mijn studeerkamer, in