HET KATHOLICISME, ENZ.
15
naar gestreefd, aan elke parochie eene conferencie te
bezorgen. De gezamenlijke Conferenciën in ééne stad
vormen alsdan eene groep, saamverbonden door een
Bijzonderen Raad, terwijl in wijder omtrek de Bijzondere
Raden benevens de alleen staande Conferenciën van een
geheel land zich wederom groepeeren om eenen Hoofd-
raad, die den naam draagt van het land, dus hier de
Hoefdraad van Nederland. Het groote middenpunt van
alle Hoofdraden eindelijk, dat alles bijeenhoudt en waar
omheen zich alles beweegt, is de Algemeene Raad van
Parijs.
’s-Gravenhage mag zich beroemen deze heilrijke stichting
Nederland te hebben binnengevoerd. In het jaar 1846
werd hier de eerste Nederlandsche conferencie opgericht
onder de titel van Maria ten Hove. Reeds voor het
einde des jaars telde zij veertig leden en 10 December
werd de conferencie van Maria ten Hove in vieren
gesplitst; de drie nieuwe conferenciën, op die wijze
ontstaan, waren die van de HH. Antonius en Lodewijk,
van den H. Willibrordus en van de H. Theresia. In
middels had de Vereeniging zich ook reeds buiten den
Haag uitgebreid naar Delft, Leiden en Vlaardingen, en
was dientengevolge de Hoofdraad van Nederland opgericht,
met ’s-Gravenhage tot zetelplaats. Als eerste president
trad op de Heer A. J. L. M. Lux die 32 jaren lang
deze gewichtige functie heeft uitgeoefend. Zijn opvolger
in 1878 was de Heer Mr. J. F. A. Leesberg, die in
1886 werd opgevolgd door den tegenwoordigen president
den Heer Mr. Th. L. M. H. Borret.
De Vereeniging telt nu te ’s-Gravenhage de volgende
11 conferentiën
Conferencie van den H. Jacobus; president J. B. Bieshaar,
opgericht 14 Maart 1846. Zij telt 25 leden. Deze droeg
tot 15 Nov. 1886 den naam van Maria ten Hove, naar