282 HET EERSTE Jan Vervoort, commies voor het 2° departement, de Duitsche- Italiaansche- en Geldersche post, waarbij ge voegd was die op Utrecht, Friesland, Overijsel en Gro ningen, berekend op eene bruto opbrengst van f 18000. waardoor zijne borgtocht ook 4000. bedroeg. De be stellers waren Dirk van der Meer en Hendrik Wagener voor de ie en Johannes v. Petten voor de 2e administratie. Otto Koetsch en Johannes Geenenburg, commiesen voor het 3° departement, de eerste voor de Engelsche- en de laatste voor de Brabantsche-Fransche-en Spaansche posterij, ieder geschat op eene bruto opbrengt van f 20.000. moesten beide eene gelijke borgtocht stellen van f 4000. De bestellers waren Jacobus Pontvuijst, Hendrik van Deelen en Maria Velings, wed6 Rosselieu. Bij besluit van donderdag 8 Juni 1752 werd door heeren Commissarissen den secretaris Willem Kersseboom opgedragen te spreken met den wapen- en stempelsnijder Nikolaas van Swinderen (deze woonde toen op de Luther- sche burgwal) om te doen maken het cachet van de 1 Juli 1752 werden aangesteldAgatha Hoolwerf, wed. Lenting als hoofdcommise voor ’t generaal postkantoor te Alkmaar; in dat zelfde jaar Maria Strijers, ondercommise en bestelster in Amsterdam van wege het postkantoor te Alkmaar; 1753 Bernardine Crans, wed. Tocharkel, commise voor het Texelsche postkantoor te Amsterdam, waarbij haar zoon Jan Tocharkel, brievenbesteller was; 1778 Helena Christina Friese, wed. Hendrik Haas, ondercommise voor ’t postkantoor te Rotter dam, dienstdoende te Delfshaven en de laatstaangeteekende aanstelling was 1789 van Petronella Vlaming, wed. Michiel Lub tot ondercommise van ’t postkantoor te Hoorn, dienst doende te Enkhuizen. In den „wegwijzer der Stad Gent” voor 1794 vindt men als Directrice in de posterijen aldaar „Joffr. Mahieu”, terwijl al de beambten mannen waren. „GENERALE I’OSTCOMPTOIR”, ENZ.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1902 | | pagina 298