3io DE HAAGSCHE NOTARISSEN. 1) jste Memoriaal, Mr. Pieter Hanneman fol. 125 vs. Groot Plakkaatboek dl. II p. 2186 en 2187. v. d. Schelling. Historie van het Notarisschap, p. 122. 2) Register der Notarissen 28 October 1591. 3) „Mr. Daniel Fannins voor dato in Brabant tot de exercitie van 't notarisschap gecreert geweest, dogh sijne brieven van creatie en admissie, mits sijn verloop uyt de Universiteyt van Loeven door de troebelen aldaer gelaten hebbende, op nieuws Den ioen April 1585 bepaalde dit college „dat van nu voortaen alle notarissen, die bij eenige Raden van andere provinciën, creatie van de Heeren van de Landen, Staten van dien ofte oock Comitibus Palatinis ghead- mitteert zijn, mits dat deselve in exercitie ende possessie daervan in andere provintien zijn geweest, wesende luyden met eeren ende bequaem omme t’officie van notari- schap te bedienen bij den Hove alhier mede mogen ghe- admitteert werden op de brieven van recommandatie van de steden ofte plaetsen daer sij t selve sullen versoecken te bedienen, sonder vorder aggreatie van de heeren Staten van Hollandt daer op te requireren.” Zoo behoefde Cornells Cools, die acte van admissie had verkregen van den Grooten Raad tot Mechelen, alleen maar den eed van „getrouwicheyt” af te leggen om als notaris in Holland zijne functies te kunnen uitoefenen. 2) Mathijs Bras, die „na nominatie en recommandatie enz. en sekere acte van den Raede van Vlaenderen daer bij hij den 2don Juli 1579 tot d’exercitie van’t notaris schap geeligeert es geweest”, verkreeg in Juli 1592 van het Hof eveneens deze bevoegdheid. Maar reeds vóór 1585 had het Hof notarissen die door den Grooten Raad van Mechelen of door den Secreten Raad waren geadmitteerd, het recht verleend hun functies in Holland en Zeeland uit te oefenen. 3)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1902 | | pagina 328