DE HAAGSCHE NOTARISSEN. 320 Meestal stond deze geestelijke hoedanigheid voorop: Henricus, filius Gerardi Montfoert ab Haerlem, clericus Trajec tensis diocesis; apostolica auctoritate nee non consilii impe- ratore majestatis curie Hollandie approbatione notarius. 1552. Harmardus, filius Jacobi de Delff, clericus Trajectensis dyo- cesis, publicus sacra imperiali auctoritate notarius ac coram venerabilibus dominis provisore et decano jurisdictionis Delf- landie judicibus causarum scriba juratus. 1530. Voor 1525 was de titulatuur eenvoudiger: Johannes de Leydis, clericus Traj. dioc., publicus apostolica auctoritate ac ordinaria admissione notarius juratus 1490. Jacobus Meerman, clericus Traj. dioc., publ. sacra auctoritate notarius. 1496. -’) Cartularium van het convent van St. Maria in Galilea fol. 22 vs. R. A. beate Marie Pallacii Hagensis notarius et clericus Trajec tensis deocesis. Na zijne aanstelling door het Hof liet hij deze laatste omschrijving meestal weg, maar voegde er bijet scriba juratus per Senatum regie majestatis admissus. Hij was dus keizerlijk en apostolisch notaris en boven dien notaris van de kapel op ’t Hof. Mr. Joost Corvinck was notaris van het Maria convent op ’t Spui. In een acte van 1529 noemt hij zich: „Clerck des ghestichts en bisdoms van Utrecht, ghemeen ende openbaer notaris bij der keyserlycke macht bij ’t Hofif van Holland gheapprobeert”. 2) Anthonis Egberts en Willem Zuyrmont vinden wij eveneens reeds in het begin der i6de eeuw in den Haag gevestigd. In Amsterdam werden omstreeks denzelfden tijd als

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1902 | | pagina 338