DE HAAGSCHE NOTARISSEN.
344
Magdalena Jacobsd1’. huisvrouw van Heijndrick Cornelisz.
slootmaecker in de Molenstraat 3 Karolus gulden in reke
ning bracht.
Turck was de notaris van de erfgenamen van den
bekenden Jhr. Arent van Dorpeen groot gedeelte van
de acten, die door hem zijn gepasseerd, hebben op dien
boedel betrekking.
De protocollen van Lenaert Ketting, berustende onder
de notarieele archieven thans bewaard wordende in
het nieuwe dépótgebouw van het Rijksarchief loopen
over de jaren 1601 1607, 1611 1615 en eenige losse
katerns, die onvolledig zijn over 1616—1628, 1631 en
1635.
In deze protocollen zijn alleen aangeteekend de testa
menten en huwelijksvoorwaarden. Er blijkt uit dat Ketting
een drukke en deftige praktijk had.
Onder Bijlage H heb ik een lijst opgenomen van de
voornaamste personen die in genoemde jaren voor hem
een testament of huwelijksvoorwaarde hebben verleden.
Als getuigen werden meestal genomen in de omgeving
van den notaris wonende kleine burgers die een penningske
daarmee verdienden, evenals heden nog het geval is.
Bij een acte, verleden in 1562 voor den notaris Dirck
van Woerden, worden als getuigen genoemd Jaspar
Dircxsz. cleermaker en Gerijt Pietersz., speldemaicker;
bij notaris Herman Proost waren het Jan van der Cap-
pellen, deurwaarder en Joost Adriaensz., koster van de
St. Jacobskerk. Beiden woonden in zijn onmiddellijke
omgeving. Bij Govert van Rijswijk waren o. a. in 1582
getuigen: Hans Kremer en Hans Brugge „scrijver van
de guarde van de Excellentie van de Prince van Orangne.”
Een enkele maal vinden wij ook een toekomstig notaris,
die zich in de praktijk oefende onder de getuigen ge
noemd o. a. bij den notaris van der Wijck te Delft