HET BINNENHOF VAN 1247 1747.
37
oorspronkelijker! tijd van stichting (midden der 13d® eeuw)
terug te wijzenevenwel schijnen niet verre van hier
bij het onderzoek nog oudere detailvormen te
worden blootgelegd, welke mogelijk op het oudere jacht
slot kunnen heenwijzen. Het is hier niet de plaats thans
daarop verder in te gaan.
Bij dat jachtslot en bij de nieuwe stichting van Willem II
zal behoord hebben een huiskapel. Men zoeke die wellicht
in den vierkanten toren M of anders in den vierkanten
aanbouw B der z. g. Grafelijke woning van Floris V,
die meer tot de eigenlijke woning C dan wel tot de
oude zaal schijnt te behooren.
Koning Willem heeft geen wil gehad van zijne stich
ting; hij sneuvelde in 1256 te Hoogwoud en zijne gemalin
Elizabeth van Brunswijk (sinds Febr. 1251) overleed mede
dit jaar, latende den jeugdigen telg uit beider echt,
Grave Floris, onder voogdij van diens oom Floris en
daarna van diens tante Aleyd, gemalin van Jan van
Avesnes, Heer van Henegouwen.
Moge al de bouw van de raadzaal A eenigszins ge
schied zijn onder invloed van Duitsche bouwkundigen
en niet vreemd geheel aan den bouw van het paleis
van Goslar zoo nabij Brunswijk zeker is het dat
het moeielijk zoude vallen dit thans nog aan te toonen;
wel waarschijnlijk kwamen echter verdere aanbouwen
meer tot stand onder Vlaamsch-Henegouwschen invloed.
Voogd Floris overleed reeds in 1257; daarna voerde
Aleyd alleen de voogdij over den vier- (zes jarigen
neef; zij verbleef, in Holland en Zeeland zijnde, vooral te
’s Gravezande echter; van haar is dan ook niet bekend
of zij met kracht den aangevangen hofbouw voortzette.
Van Graaf Floris V is eene oorkonde bekend voor
Leyden van 8 Juli 1266; kort voor dien tijd moet hij
dus meerderjarig geworden zijn, wat zijn geboortejaar