84
HET BINNENHOF VAN I247—I747.
Het Hof onder het Oostenrijksche Huis. 1482 1)81.
in en aan de oude grafelijke gebouwen, midden op het
Binnenhof, welke die gebouwen niet wezenlijk van aard
of bestemming deden veranderen, waarvan echter de om
schrijving, als vergende te veel ruimte, dient te worden
achterwege gelaten. De Groote zaal bleef de feestzaal bij
uitnemendheid, al werd zij wellicht slechts weinig voor
dit doel gebruikt; de oude zaal had eene vrij onzekere
bestemming, was sinds het laatst der i4de eeuw door
een tusschenwand in tweeën verdeeld, terwijl dat op de
zolderverdieping mede een paar kamertjes door tusschen-
wanden schijnen te zijn tot stand gekomen sinds dien
tijd, waartoe men opging, deels langs den trap in den
toren J, anderdeels door dien in den vierkanten toren M.
Ook de inwendige veranderingen in de oude Grafelijke
woning B, C en D, zijn moeilijk na te speuren of te om
schrijven. Op de verdieping bleven echter daar steeds
drie vertrekken bestaan, strookende met de kelderindeeling
daar onder.
Maria van Bourgondië huwde in 1477 den Oostenrijk-
schen Hertog Maximiliaan, zoon van Keizer Frederik lil.
Uit dit huwelijk sproten voort twee kinderen Philips de
Schoone en Margaretha, welke beiden op verschillende
tijden en onder verschillende omstandigheden binnen den
Hove verwijlden. Tot op Philips optreden als Graaf (in
1494) voerde na Maria’s overlijden voor hem als
voogd Maximiliaan het bewind. Veel en geregeld toefde
deze niet binnen die Haghe. In de algemeene inrichting
van het Hof werd dan ook gedurende deze voogdij niet
veel veranderd. (Verg, verder Plattegronden II en III).
Allereerst werd in 1483 in den zwaar overwelfden
kelder onder de Dollegraafskamer S alles vernieuwd, deze