DE JURISDICTIE-GESCHIL.LEN, ENZ. 107 VIII. IX. X. Die van den Provincialen Rade sullen blijven behouden de privatieve jurisdictie over alle de Edelen ende Sup poosten, niet exerceerende eenige neeringe ofte handt- wercken ten dienste van de Burgeren ende onder andere geprivilegeerde personen, sonder onderscheijt ofte deselve woonen ofte haer houden op het Hof ende de depen dentiën van dien, ofte in den Hage. Wederom sullen die van ’s-Graven-Hage houden de Jurisdictie over alle persoonen exerceerende gemeene hantwercken, ende neeringen, zoowel ten dienste van de Burgers van den Hage, als van de Edelen ende Suppoosten sonder onderscheijt of deselve persoonen, Hollandt ende Westfrieslandt, die daer inne sullen dis- poneeren, sulcx als Hare Ed. Mo. sullen bevinden te behooren. Dit alles, sonder praejuditie van de authoriteijt, den Provincialen Raedt, tanquam superiori judici, compe- teerende, omme bij provocatie ’tzij van den Procureur- Raedt, omme bij provocatie ’tzij Generael ofte andere, kennisse te mogen nemen van de deuchdelickheijt ofte ondeuchdelickheijt van de Keuren bij Schout, Burgemeesters ende Gerechte van ’s-Graven- Hage ghemaeckt, ende oock omme te suppleren het defect van deselve Schout, Burgemeesters ende Gerechte in ’t maken van de noodige ordonnantiën, so wanneer den voorsz. Schout, Burgemeesters ende Gerechte, daer van vermaent zijnde, soude mogen blijven in gebreecke.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1903 | | pagina 124