i87
MEDEDEELINGEN OVER ’s-GRAVENHAGE, ENZ.
bij publicatie van 27 Mei ’95 een waarschuwing tot de
ingezetenen, die hun woningen gedurende het zomer
seizoen tijdelijk verlieten om iemand voor het toezicht
in die huizen aan te wijzen, teneinde zorg te dragen
voor degenen die er ingekwartierd zouden worden, en
dat wanneer men van de inkwartiering ontslagen was de
billetten bij de Commissie moesten worden terugbezorgd.
Bij het ingebreke blijven van een en ander zouden
de inkwartieringskosten op de bewoners der verlaten
huizen worden verhaald.
Daar de Municipaliteit wellicht begon in te zien dat
de Fransche troepen niet voortdurend bij de ingezetenen
onder dak konden blijven of wel misschien wegens de
onaangenaamheden die daaruit voortvloeiden, liet zij bij
publicatie van 6 September ’95 afkondigen, dat die
inkwartiering had opgehouden. Den officieren zouden in
het vervolg kamers worden aangewezen en de onder
officieren en minderen worden gekazerneerd.
Groote offers vorderden de Fransche broeders voor
hetgeen zij gedaan hadden tot be vrijding der Bataven
van het juk van Oranje en van de Aristocraten. Bovenal
de voortdurende requisition drong de vertegenwoordigers
van het Bataafsche volk om het plan eener alliantie met
de Fransche Republiek te verwezenlijken. De onder-
handelingen daartoe werden weldra bepaald en aange
vangen zij waren van langen adem want de Fransche
voorwaarden waren zeer hard. Tot afdoening der zaken
kwamen Rewbell en Sieyes, afgevaardigd door het Comité
van Algemeen Welzijn te 's-Gravenhage, alwaar ’s lands
onafhankelijkheid werd erkend, ten koste o. a. van de
storting van honderd millioen gulden, alsmede dat voort
aan 25000 Franschen in dienst, door ons uitgerust,
gekleed en gevoed zouden worden.
Dit tractaat van vrede en alliantie tusschen de Fransche