236
Art. 15.
Art. 16.
tot de fabrik van
HET ’s-GRAVENHAAGSCHE TUCHTHUIS.
Ook zal hij alle de Tugtelingen moeten doen bewassen
en reinigen, waarvoor hij wegens ieder Tugteling zal
genieten twee stuyvers ’s weeks.
Art. 14.
De cipier zal genieten voor kostgeld van de crimineele
gevangens, die nog niet gevonnist zijn, zes stuijvers
daags voor den tijd van 28 dagen, die door het Land
aan hem worden gerestitueert, en, indien deselve langer
zitten, zal hij insgelijks daarvoor genieten ses stuijvers
daags, dewelke, wanneer door den Geregte reden word
gegeven van de lange detentie der gevangens, mede
door het Land worden goedgedaan.
Hij zal alle de Tugtelingen zo mans- als vrouws-
persoonen, die in 't voorsz. huijs reeds geconfineert zijn,
om met hunner handenarbeid de kost te winnen, aan
stonds te werk moeten stellen, het werk na ieders be
kwaamheid onder dezelve op approbatie van Heeren
Commissarissen uitdeelen, en voorts sorge dragen dat
zij altijd in goede ordre zijn en blijven. Dog de Tugte
lingen, die in ’t vervolg in ’t voors. huijs zullen gecon
fineert worden, zullen tot geen ander werk, dan hetgeen
Steenvoorden relatie heeft, geemployeert
mogen werden, ten sij voor gewigtige redenen Heeren
Commissarissen daar toe bewegende.
Art. 17.
De Cipier of sijn huijsvrouw zal present moeten zijn
bij de catechisatie die ’s Zondags in ’t voorsz. huijs ge-