VOORBURGSCHE BUITENPLAATSEN. 271 „Duivesteijn" of „klein ridderhofstede in het Oosteinde, eeuw eigendom van tijds maakte het deel uit van onder Voorschoten en strekte de scheiding van scheiding. Arent van hofstede ter grootte van 60 morgen tot een onver- sterfelijk leen met de landen in Tedingerbroek in erf pacht. Op 1 Januari 1606 kwam zij in bezit van Jhr. Johan van Utenhaghe, geseyt de Myst, voor de som van f 9000, afkomstig van Juftr. Elisabeth Cuningham, echtgenoote van Jhr. Johan de Mieur. Bij den afbraak van het sterk vervallen heerenhuis, verrezen de nog bestaande boerenplaatsen West- en Oost Duyvesteijn, welke de eigenaar aan zijn beide zoons Ulrich en Johan vermaakte. Het bosch schijnt tevens gerooid te zijn geworden, althans op 30 April 1677 vinden wij de verkooping gemeld van een aan- nauwkeurige ligging der huizen en landen is vastgesteld. Aan de hand van dit register kan men gemakkelijk de ligging der verschillende plaatsen bepalen. Wanneer wij nu in de volgorde, waarin zij hier zijn opgenoemd, een wandeling wilden maken, zouden wij moeten beginnen in het Oosteinde om verder door de Heerestraat langs de Kerklaan, Kleine laan, Fransche kerkstraat en Westeinde te komen op de Haagsche Schuitkade om vervolgens langs den Achterweg wederom in het dorp terug te keeren. Eenige bijzonderheden die ik zoowel omtrent de beide kerken als anderszins vond aangeteekend, heb ik ter plaatse medegedeeld. Duvenvoirde”eenmaal een was reeds in de I4e de ridders van Duvenvoirde. Des- het huis Duvenvoirde van den heerweg tot ’s Gravenveen toe, ter zijde de land- Duvenvoirde verkreeg in 1436 de morgen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1903 | | pagina 294