DE REMONSTRANTEN TE ’s-GRAVENHAGE IN DE 17® EEUW. 21 waar hij weigerde den Catechismus te onderteekenen. Ook het beroep naar Stolwijk en ’s Hage had hij aan Wtenbogaert te danken. Te Wesel was hij de gast geweest van Maria Petitpas, toen nog de weduwe van Framjois aux Brebis, later Wtenbogaerts tweede vrouw. Toen hij nu te ’s Hage kwam, was hij met zijne kranke echtgenoote door Wtenbogaert liefderijk in zijn huis op genomen. Men wist, dat hij veel gevoelde voor de vrij zinnige denkbeelden, de remonstrantie, door Wtenbogaert hem medegedeeld, zoo niet in alle opzichten, dan toch in hoofdzaak goedkeurde, en van meening was, dat men de gemeente langzamerhand moest gewennen aan de denkbeelden van Arminius Dit alles scheen de voor bereiding eener vriendschappelijke verhouding. In September 1611 begon hij zich langzamerhand uit te laten in den geest der Calvinisten. Men was voor Rosaeus als hartstochtelijk man wel eenigszins bevreesd, terwijl hij bovendien als beoefenaar der geneeskunde veel invloed had op de minder bedeelde volksklasse. In 1613 vergat hij, om zijn praktijk, dat hij een kerstpreek houden moest. Den 23 Maart 1615 trok hij de stoute schoenen aan en betrad hij Wtenbogaert’s studeerkamer om hem in het aangezicht te weerspreken. De Calvinisten te Amsterdam en elders steunden hem in zijn verzet tegen de resolutie der Staten, die gematigdheid voor schreef. De Haagsche kerkeraad wilde niet naar hem luisteren, en Rosaeus riep de hulp in van Gecommit teerde Raden der Staten van Holland. Den 12 Febr. 1616 werd Rosaeus door den kerkeraad geschorst, en toen ging hij met zijn Calvinistischen aanhang naar 1) Wtenbogaert’s Leven, kerckelijke bedieninghe enz. 1645 blz. 90, 91. Rogge. Brieven en onuitgegeven stukken van Johannes Wtenbogaert. I. Bijlage E, bladz. 281. volg.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1903 | | pagina 31