24 DE REMONSTRANTEN TE ’s-GRAVENHAGE IN DE iye EEUW.
II.
DE VERVOLGING.
Rott. Hss. no. 437. Wtenb. Leven, bldz. 324, 325.
werden afgezet, toen de Dordtsche synode hare werk
zaamheden begon, hebben wij te zien de eerste leiders
van het leven der vervolgde Haagsche Remonstranten.
Den 30 November 1618 werd de Haagsche kerkeraad
afgezet en La Faille geschorst. Den 20 December 1618
verscheen het eerste plakkaat, dat alle vergadering verbood.
Wtenbogaert werd tot twee malen toe, natuurlijk te vergeefs,
ingedaagd. In Maart 1619 werd zijn huis doorzocht en
beslag gelegd op zijn inboedel. Alles, op enkele kostbare
boekwerken na, die Maria Petitpas, zijne echtgenoote, in
veiligheid had gebracht, werd opgeschreven. Wel mocht
Maria enkele dingen terugkoopen, maar ten slotte moesten
ook deze worden verkocht. In Juli 1619 bezocht Maria
haren man te Antwerpen, maar keerde naar ’s-Hage
terug om daar met de rechtsgeleerden Van Sorgen en
Van den Andel voor de belangen van Wtenbogaert te
waken. Het huis werd verhuurd aan Goliaert, een Schotsch
officier in dienst van den Prins, en eerst na Maurits dood
in 1625 door Rosaeus betrokken. 1)
En wat deden nu de Remonstranten in den Haag?
Onmiddellijk na de schorsing van den kerkeraad verga
derden zij in het huis van den tuinman Cornelis Maartensz.
op 16 December 1618. Dit huis stond in de toen nog
weinig bebouwde Laan die aan de zijde van de tegen-
woordige Korte Beestenmarkt uitliep op open land. Er
werd markt gehouden en de lakenbereiders stelden er