356 VOORBURGSCHE BUITENPLAATSEN. 1) Zoon van Gheryt Potter, secretaris van Albrecht van van Beyeren, gehuwd in 1370 met Elisabeth van der Does, in 1409 baljuw van den Haag, in 1415 in den adelstand verheven, in 1418 begiftigd met het ambacht van Snedelwijck en de parochiën van Hubrechtsambacht in Waddinxveen, secretaris van graaf Willem VI, van vrouwe Jacoba van Beyeren, van hertog Jan van Beyeren en in 1425 van Philips van Bourgondië. Jac. van Heemskerk verhaalt ons in zijne Batav. Arcadia eveneens van een Dirk Potter uit den Haag, die bij de overgave het Slot te Zijl „met den swaerde werd gerecht en sijn hooft op een staeck geset.” 2) Zie Bijdragen 1900 blz. 119 en v. gemelde acte blijkt tevens den bouwvalligen toestand waarin het huis te Werve destijds verkeerde. Blijkens opdracht van 25 Maart 1414 (1415) werd Diere Potter x) (bi dode Jans v. d. Werve) door graaf Willem VI met de hofstede de Loo beleend. Waar schijnlijk was hij tevens eigenaar van de kleine Loo. „Der Minnen Loep” is volgens sommigen deels daar, deels te Rome geschreven. De heerlijkheid had kleine erfpachtsrechten op huizen en landen in het ambacht van Voorburg, te betalen precies op St. Laurensdag, waarbij de pachters onthaald werden. Mr. Frans Cobel, heere van de Loo werd daarop eigenaar; voor 1565 wordt als bruiker vermeld Dirck Cobel -). In 1569 vinden wij als bezitter Mr. Claes van der Laen; de hofstede besloeg destijds een uitgestrektheid van 39 morgen. In 1593 was het een allodiaal leen en het kwam in 1597 in bezit van den Leidschen burgemeester Johan Isnoutz. van Ness, o.a. met het recht daarop een paar broedende zwanen te houden. Ook de kleine Loo, waarvan in 1594 bezitter Willem Brasser uit Delft was, verkreeg hij in eigendom, waarschijnlijk 27 Dec. 1605 toen hem door Elisabeth Michielsdr wed. Mr. Servaes Werdsteyn met Jan Lambrechtsen als haar voogd voor

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1903 | | pagina 382