DE REMONSTRANTEN TE ’s-GRAVENHAGE IN DE 17' EEUW. 29
t) Rogge: Brieven IV. 4. blz. 321.
2) Rott. Hs. n°. 1625 en 1626. J. Tideman. Stichting II.
183 en 184.
3) Rott. Hs. 165. J. Tideman Stichting II, 106 vlg.
Remonstranten, die helaas reeds 15 Jan. 1627 overleed.
Van dezen vernam hij, dat Frederik Hendrik Wtenbogaert's
thuiskomst goedkeurde, maar een persoonlijk onderhoud
nog niet raadzaam achtte. De gemoederen waren nog
zoo gespannen, dat de fiscaal Duick Gecommitteerde Raden
trachtte over te halen eene algemeene huiszoeking te
dóen met gesloten poorten en opgehaalde bruggen, om
Wtenbogaert te vatten. Dit gebeurde wel niet maar, de
gewezen balling hield zich schuil, waarschijnlijk te Delft.
Ook de voorslag van Duick om de rechtsgeleerde raad
gevers van Wtenbogaert te vatten, ging niet door
Ook de woelingen in andere plaatsen vonden haar
weerslag in den Haag. Zoo werd de Schoonhovensche
lakenkooper Cornells Janszoon Pelt in Juni 1627 naar
’s Hage gebracht, terwijl de Schoonhovensche officier ook
derwaarts werd ontboden, niet alleen om de boete te
betalen, maar ook om verhoord te worden over de
ernstige onlusten in die gemeente 2).
Eene verstooring van eene Remonstrantsche vergade
ring onder de leiding van Praevostiüs, den lateren Am-
sterdamschen predikant, wordt op twee wijzen verhaald.
Het eene bericht 3) luidt: Op 2 April 1627, Goede
Vrijdag, begaf zich de provoostgeweldige op aanstoken
van R.fosaeus?) naar de woning van Abraham de Kinder.
Vooraf nam hij een paar borrels, zoodat hij stil in de
vergadering insluipende, en den predikant opvorderende
om mee te gaan, terstond als beschonken werd erkend.
De predikant noodigde hem uit om zich neder te zetten
tot aanhooreh der preek. Toen na de predikatie Prea-