399
VOORBURGSCHE BUITENPLAATSEN.
1621. Jan Isnoutss. van de hoffstede van de Loo, met het
bouwhuis daaraan annex, geestimeert op ses duijsent ponden
tot XLgr. ’t pont. (Quohier van de huizen.)
1648. Johan van der Nes met consorten, gebruiken eigen
de hofstede van de Loo met boomgaard.
1628. Johan van der Nes met consorten gebruiken eigen
de hofstede van de Loo. (Quohier alsvoren.)
1659. Willem van Nes van de Loo.
1667. De heer Theodorus van Nes van de Loo.
6 Juni 1671. De curateurs van Theodorus van Nes aan
Jhr. Henry Haga, Drossaert van den Graefschappen van Leer
dam en Edelman Ordinaris van H. Hd. Mevr. Douagière van
Orange, de hofstede De Loo, waarop van outs een paer
broedende swaenen gehouden werd, volgens kondschap daer-
van by Jan Ysnoutts Burgem1'. der stadt Leijden beleijt al in
den jare 1601 op den 2osten Jan.
1673. De hofstede van de Loo, nieuw getimmerd van
Jhr. Henry Haga.
1687. Mevr. Margaretha van Kuijck, weduwe van den
heer Duijvens, omschrijving: heerenhuis, stalling, koetshuis,
speelhuis, tuinen, boomgaarden, lanen, cingels, potingen en
plantingen ter grootte van 17 morgen, 60 roeden land, koopsom
8000 ponden.
28 Juni 1688. De curateuren van den boedel van wijlen
Henry Hagha, Drossaert aan Jhr. Willem Henry Hagha.
1703. Mr. Adriaen Duijvens van de groote Loo.
28 April 1711. De zoon en erfgen. van Margarieta van
Kuijl. wed. van Cornells Duijvens aan Anthon Ulrich, Hertog
van Brunswijk, Lunenburg en Wolffenbuttel. etc. etc. etc.
Anthon Ulrich van Bronswijk, won. te Amsterdam, aan
1628. Gijsbert Jacobss. die gebruikt van Johan van der
Nes een woning genaamd de Loo, met veertig morgen zoo
wei- als teelland.