HET HUIS VAN JOHANNES WTENBOGAERT. 2 Resolutie Holland, 13 Febr. 1595. De voorstelling bij Rogge (Brieven I blz. 581 dat dit reeds in 1593 zou geschied zijn, wordt mijns inziens ten onrechte afgeleid uit de Resolutie van 29 Maart 1597. Daarbij worden Wtenbogaert 300 ponden voor huishuur toegezegd, en het heet: „sulx als noch voor vierjaren de Huysinge, waarin Wtenbogaert thans woont van wege ’t gemeene landt is gehpyrt”. Dit ziet op de toekomst. In de Resoluties van 1592 94, waarin zoo vaak over huishuur ge handeld wordt, is van die aan Wtenbogaert nooit sprake. In 1595 dus bewoonde hij een huis, waarvan de staten beloofden de huur te zullen voldoen voor 4 jaren. Als voorzagen zij dat het met die andere woning niet zoo spoedig zou vlotten. Bewijzen hoe welwillend de staten waren voor de Haagsche predikanten bij Rogge: Wtenbogaert I. bladz. 84 noot 3, en 142 noot 8. s) Resolutie Holland 7 Jan. 1595. Met Januari 1595 beginnen de pogingen der Staten den gevierden prediker, die zich als Maurits en Louise de eigen woning te ver zekeren. Van het huis, waar hij in 1595 woonde, werd de huur door de Staten betaald. 1) Op een open terrein aan den toen nog weinig bebouwden Hofcingel was in Januari 1595 zekere Dirk Schouten bezig een huis te bouwen, met het plan dit als eene vrijstaande vierkante woning met een terrein tot aan de Beek, tegen Mei gereed te hebben. Gecommitteerde Raden nu bepaalden, dat dit huis, op grafelijkheidsgrond gebouwd, voor 32 a 3600 pond na den dood van den eigenaar en zijne vrouw, voor 2400 ponden door de rechtverkrijgenden zou kunnen genaast worden, en dat Wtenbogaert daarin zou mogen wonen tegen eene bescheidene huur voor den tijd van zes jaar. 2) Het ging met den bouw niet vlot, en in de verhuring had Schouten niet veel zin. Wel werd de huur bepaald van Holland om Hofprediker zeer in de gunst van Colligny mocht verheugen, eene

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1903 | | pagina 9