87
DE PROTESTANTSCHE GEMEENTEN, ENZ.
ten minste 60 jarenlidmaat
en twee jaren in vaste bedeeling
en dongen af
„douceurtjes,
enz. ja zij ver-
dit speldegeld
gestaan. De regenten vonden dit te hoog
maar de dames hadden het noodig voor
prentjes, versnaperingen voor zieken”
zochten in 1795 zelfs verhooging van
maar dit werd haar hartelijk geweigerd. Tot over de
helft dezer eeuw waren de dames nog in functieen
er blijkt niet van verschil met de hh. regenten maar in
1863 is er verschil, en zelfs zoo hooggaand, dat de dames
collectief haar ontslag indienen, bij gemotiveerd schrijven
d.d. 27 Aug. 1863. Reeds den S^en September meldt de.
Kerkeraad dat hij „het diep betreurt dat de tusschen de
dames en heeren Regenten gerezen geschillen tot zulk
een einde hebben geleid”; maar hij „kan niet anders dan
in dat besluit berusten.” De brief is geteekend door Ds.
Moll als praeses, en Ds. Hoevers als scriba. Van eenige
poging om de dames tot andere gedachten te brengen
blijkt niet. Sints dien zijn er nog wel menigmalen stemmen
opgegaan voor het weder invoeren van het ambt van
Regentessen maar er is nooit gevolg aangegeven. Opper
vlakkig gezien, zou men meenen dat er voor het aanstellen
van Regentessen, vooral met het oog op de weesmeisjes,
wel wat te zeggen is.
In het oude mannen
waarden van opneming:
i°. een ouderdom van
van de Ned. Herv. Gem.;
zijn bij de diaconie.
20. ongehuwde staat.
3°. verplichting tot huiselijke werkzaamheden en diensten.
In het jaar 1874 vormden regenten het plan tot stichting
van een huis voor gehuwde oude lieden. De stichtings-
kosten werden op f 40.000 geraamd. Terwijl reeds ver
schillende bijdragen waren toegezegd, verklaarden de
dames van Doeveren zich bereid dit huis voor hare
en vrouwenhuis zijn de voor-