EEUW. 4 een ’s-GRAVENHAGE GEDURENDE DE I9DE oud tijdperk werd na eene geweldige nieuw leven werd geroepen. De Stadhouder moest met zijn gezin uitwijken naar Engeland en nog geen week later zat een zestal uit Frankrijk overgekomen redders, verdedigers en hand havers van de belangen des volks in de Stadhouderlijke vertrekken en zalen voor ons welzijn te zorgen. Wij hebben het voornemen volstrekt niet om kroniek saam te stellen, maar wenschen slechts eenige grepen te doen om duidelijk te maken hoe onze stad zich ontwikkelde, en herinneren derhalve eenvoudig dat iedereen de hooggespannen patriotische verwachting kent, dat die vreemde hulp een onvermengden geluksstaat zou aanbrengen, welke al zeer spoedig in rook verdween. Reeds de motto’s waarmede de s-Gravenhaagsche Courant ver scheen, leverden het bewijs op van de zeer afwisselende zienswijzen. Den 10 April 1795 luidde dit: „de souve- reiniteit des volks vertoont zich in vollen luister”den 4 Juli 1795 veranderd in: „gewijd aan waarheid en gezond verstand”; den 16 Juli 1796 liet men dit weg, staan in nauwer verband tot haar titel als residentie en vergaderplaats der wetgevende machten, want al moge zij reeds sedert langen tijd niet meer den staatkundigen rang innemen, welke haar in de 17de en een deel der 18de eeuw als het althans als een centrum der diplomatie werd toegekend, zoo lijdt het geen twijfel of haar wèl en wee hangt grootendeels samen met de aanwezigheid van het hof, het verblijf der departementale besturen en bureelen, de zetel der hooge collegiën van staat en een flink garnizoen, om niet te spreken van de vertegen woordigers van de natie en van de buitenlandsche mogendheden. Om onze 19de eeuw te begrijpen dient men terug te gaan tot het jaar 1795, toen een afgesloten en vooral de residentie „Sturm und Drangperiode” tot een

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 11