DE HAAGSCHE JODEN, l8oO— I9OO. II9 h Groote gaven des geestes schijnt erfdeel der familie Asser te zijn. Het tegenwoordig Lid van den Raad van State, vroeger Hoogleeraar, Mr. T. M. C. Asser. thans ook hier wonende, is een der meest beteekenende mannen van Nederland, zelfs buiten Europa beroemd en geëerd wegens zijne omvangrijke kennis van het internationaal recht. Ook op het gebied van verzekeringsrecht munt hij uit. Wijlen de Leidsche Hoogleeraar Mr. C. Asser had op den jeugdigen leeftijd toen hij overleed, reeds veel naam. Daarbij paart de familie Asser aan groote bekwaamheid, ook groote bescheidenheid en welwillendheid. minderd is. Ook op het gebied van wetenschap, kunst en administratie waren de Haagsche Nederl. Israëlieten niet ten achter gebleven. Car el Asser, juist 7 maanden vroeger geboren dan zijn beroemde vriend, leer-, beroeps- en geloofsgenoot Jonas Daniël Meijer, was een sieraad van het Jodendom, neen meer: een van geheel Nederland. Reeds in November 1808 werd hij door Koning Lodewijk benoemd tot chef der 2e divisie bij het Ministerie van Eeredienst, waarna hij vervolgens opklom tot Referendaris ie klasse bij het Departement van Justitie en vervolgens belast werd met de waarneming van het Secretaris-Generaalschap aan datzelfde Departement, na reeds 10 jaren te voren tot Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw benoemd te zijn. Ook door geschriften heeft hij zich gunstig doen kennen. 1) Bij het Departement van Justitie was hij in den eigenlijken zin „the right man at the right place En wel verre van voor het Jodendom onverschillig te zijn, stond hij zelfs officieel aan het hoofd van zijn kerkge nootschap, daarvoor steeds in de bres tredende waar het onrechtvaardig werd aangevallen. Veel heeft het, wat zijn organisatie betreft, aan hem te danken. Waarlijk groote mannen schamen zich hunne afkomst niet Staatsraad van Mesritz stond als Hoofdambtenaar hoog

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 132