DE HAAGSCHE JODEN, l8oO— I9OO. 133 Zijn bloemrijk redenaarstalent werd ook onder niet-Joden geprezen. Bijzonder had hij zich, in vroegeren tijd, bekend ge maakt door een pennestrijd dien hij met Professor Oort voerde. De Nederl. Mij. van Letterkunde te Leiden benoemde hem tot lid. In de Mededeelingen van „Die Haghe" komt voor eene door hem in die Vereeniging gehouden rede over de Haagsche ophaalbruggen. 2) Inmiddels is dr. L. als Opper-Rabbijn voor Denemarken naar Copenhagen beroepen en als zijn opvolger te ’s-Gravenhage benoemd de Weleerw. heer A. Van Loen, wiens vorige stand plaats Groningen was. B. 3) Sedert is een dier Rabbijnen, de Weleerw. heer A. Rodriguez Pereira, als Opper-Rabbijn van de Portug. gemeente opgetreden. B. Zijn dag (levensdag) was kort, maar zijn werk veel. En als Opper-Rabbijn van Den Haag èn als voorzitter der gemelde Joodsche Vereeniging voor Letterkunde en Geschiedenis werd hij opgevolgd door den Weleerw. Z. G. Heer Dr. S. Lewenstein, laatstelijk Opper-Rabbijn voor Friesland te Leeuwarden (zoon van den in de kracht zijns levens overleden Surinaamschen Opper-Rabbijn).Gedurende den korten tijd reeds dat hij in Den Haag werkzaam is heeft hij de algemeene sympathie verworven, ook om de groote belangstelling die hij gaf aan de sociale ver heffing van de lagere klassen, meer bepaaldelijk door het Toynbee-werk. 2) Het Rabbinaat der Port. Israel, gemeente te 's-Gravenhage wordt om beurten waargenomen door een der Rabbinale Assessoren der zustergemeente te Amsterdam. 3) Met de inhuldiging der jeugdige Koningin Wilhelmina is ook Nederlands Israel een nieuwe aera ingetreden. Opgevoed en in de regeering eenige jaren voorafgegaan door Hare wijze Koninklijke Moeder, heeft deze Haar ook de beginselen van godsdienstvrijheid en verdraag zaamheid als ’t ware met de moedermelk doen inzuigen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 146