i53
DE FRANSCHE TIJD.
des ochtends vroeg, om aldus
de meest
brief aan
sur tous les points du
waren voornamelijk de
en de sous-préfets aldaar
Endegeest en Reepelaer
en Gevers zenden groote vertoogen in om
te bewijzen, dat alles buiten hun schuld is geschied.
Vooral voor Gevers, die zeer ambitieus was,
dit een onaangename zaak. Hij diende ter zijner
ontschuldiging een gedetailleerd rapport in,
den 28en Juni 1813 door zijn echtgenoote Mevrouw
Gevers naar Parijs brengen om het den Minister per
soonlijk te overhandigen. Gevers toch was vooral bang
geworden voor de carrière van zijn zoons, waarvan één
page bij den Keizer was en een andere in de Garde
d’honneur diende. Hij zelf woonde op het kasteel Endegeest.
dag plaats, in plaats van
meer indruk te maken.
Onder de hoogere ambtenaren
Maire van Leyden Heldewier
en te Dordrecht, Gevers van
gecompromitteerd.
De eerste, Heldewier, had het behoud van zijn plaats
te danken, zooals blijkt uit het rapport van den Intendant
de l’Intérieur, baron d’Alphonse over deze zaak aan
zijn verwantschap met den beroemden generaal La Tour-
Maubourg.
Reepelaer
was
ver
en liet dit
Op deze troebelen volgde een ©ogenschijnlijk rustige
tijd. De Stassart maakte daarvan gebruik om
optimistische rapporten naar Parijs te zenden.
Zelfs schrijft hij den 11 Augustus 1813 een
Montalivet, waarin hij zich excuseert in Juni en Juli geen
rapporten te hebben ingediend tengevolge van de algeheele
kalmte en rust.
Den 4en September wij zijn nog slechts 2 maanden
van de omwenteling af stelt hij zijn Regeering gerust
met de volgende woorden
„Le plus grand calme régne