i66
DE HAAGSCHE DAGBLADPERS IN DE I9E EEUW.
armee”, wegens het in een extra-nummer (waarop te voren
bij advertentie in de Rotterdamsche Courant van 14 Januari
1802 de algemeene aandacht was gevestigd geworden)
„van zeker pamphlet, ten titel voerende de Politieke
Blixem, gedrukt in De Haage bij Sneyders, Van Tienen
en Compie. en
doen drukken
uitgegeven op den 15 January 1802, te
en in het licht geeven zekeren pretensen
brief en pretensen droom.”
De strekking van dat opstel, verschenen onder het
pseudoniem van „Lubbert Droomer”, te „Madretsma
Koppermaandag 1802”, leert men het best kennen uit de
overwegingen van de Sententie van den Hove, „dat de
inhoud van dien droom het gros der ingezetenen notoirlijk
in den waan heeft moeten brengen dat de Hoogst ge
constitueerde Machten deeses Lands opzettelijk en ten
kwader trouw de belangen des volks verwaarloozen en
tegens hunne verplichtingen zouden aangaan, en dat uit
dien hoofde eerlang door eene buytenlandsche macht, en
wel bepaaldelijk door den Eersten Consul der Fransche
Republiek, den vastgestelden Ordre van Zaaken hier te
Lande omgekeerd en veranderd zouden worden, en hun
dien droom als eene geheimzinnige, prognosticatie van
een aanstaande omwenteling van zaaken in deze Republiek
heeft moeten en doen beschouwen
„Daar de Gevangene mitsdien door het schrijven van
dien droom, en door denzelven in voege voorsz. in een
weekblad als den politieken Blixem te doen drukken en
uitgeven, niet alleen eene daad gedaan heeft, strekkende
om den goede Burgers twijfelmoedig te maken, den
kwalijk gezinde opteruien en levendig te houden, en alzoo
de vastheid van den Staat wankelbaar te maaken, en de
authoriteit van het Gouvernement door laster en leugen
in discrediet te brengen, dat ook dien brief en droom,
in aanmerking van het gunt voorz. en niet anders kan