S-GRAVENHAGE GEDURENDE DE I 9DE EEUW. IO de tijd was te kort van duur om Schimmelpenninck's regeering als voorbeeld te kunnen stellen van een een voudig en gematigd bestuur, want Napoleon zond ons zijn broeder als Koning en reeds 23 Juni 1806 deed Lodewijk met gemalin en twee zonen zijne plechtige intrede in den Haag. Dit was althans aanvankelijk geene ongunstige beschikking voor de residentie, onze onafhankelijkheid was immers reeds jaren lang ver te zoeken en nu werd 's-Gravenhage weder tot vorstelijk verblijf gekozen, de Stadhouderlijke kwartieren aan het Binnenhof opnieuw in luister hersteld, de Hofkapel tot 1807 Waalsche kerk werd door Lodewijk tot R. K. kapel ingericht, de nieuwe Fransche kerk in het Noordeinde gebouwd en de verschillende staatscollegiën moesten verhuizen Gerechtshof, Financiën, Provinciaal bestuur naar het Paleis in het Noordeinde; Binnenlandsche zaken naar het Voor hout; Marine naar het Korte Voorhout; Rekenkamer en een deel van Financiën naar het Voorhout en de Klooster- kerkstraat; Landsdrukkerij naar de Korte Poten; het Wetgevend lichaam naar het tegenwoordig Ministerie van oorlog. Al deze verplaatsingen kostten wel meer dan 8 ton gouds, doch men zou zich deze uitgaven gaarne getroost hebben, indien de welwillende doch wispelturige Vorst niet reeds in 1808 zijn zetel had verplaatst naar Utrecht en kort daarop naar Amsterdam; daardoor droogden gewichtige bronnen van bestaan op, hetgeen de afbraak van zooveel honderde huizen ten gevolge had. Trouwens het geheele land werd als het ware tot verarming gedoemd toen 23 Januari 1808 al onze havens op keizerlijk bevel werden gesloten, behalve voor gewapende Fransche schepen. Inmiddels was in 1804 de Fransche schouwburg in de Casuariestraat ver brand en overgebracht naar het tegenwoordig gebouw, waarheen ook de Hollandsche schouwburg uit de Assen-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 17