’s-GRAVENHAGE GEDURENDE DE I9DE EEUW.
15
Willem II onderging
Koning Willem III
de Nederl. Hervormde
Reeds in 1826 was men aangevangen met het dempen
der talrijke bijgrachten van ’s-Gravenhage; Lange gracht
en Burgwal waren het eerst aan de beurt, gevolgd door
Wijnhaven (thans Nieuwe markt), Fluweelen burgwal,
Heerengracht in 1858, Ammunitie- en Schedeldoeks-
haven in i8601, Spui in 1862, Luthersche burgwal,
Paveljoensgracht en Staten- (Keezen-) poort in 1863,
Prinsegracht in 1880.
De kunstlievende Koning bracht in zijne korte (negen
jarige) regeering veel bij tot verfraaiing der residentie al
hield niet alles stand, zooals o. a de gothische torens en
gaanderijen langs het Noordeinde. Toen de bouw der
uitgestrekte Alexanderskazerne in 1841 was begonnen,
legde hij onverwijld de hand aan de grootsche verfraaiing
van het noordelijk deel der stad buiten de Singelgracht,
achter den tuin van het Paleis aan den Kneuterdijk dat hij
zoo gaarne bewoonde; de Gothische zaal kwam reeds in
1842 gereed, het Noordeinde werd versierd met het fiere
ruiterstandbeeld van Prins Willem I, doch de Zeestraat
onderging eene volkomen herschèpping in verband met
het nieuw aangelegd Willemspark met bloemperken,
villa’s en ruime straten en pleinen.
Aan de Zeestraat moest het vermaarde établissement
Duin- en Veldzicht, waar de Hagenaars ruim een halve
eeuw lang vermaak zochten en vonden, plaats ruimen
voor nieuwe gebouwen, zooals de Koninklijke bazar en
de thermen, terwijl aan de N.O. zijde van het park de
ruime manege met een lange rij in gothischen stijl ge
bouwde officierswoningen eene geheel nieuwe straat
vormden (de Nassaustraat).
Door den vroegtijdigen dood van
deze schoone wijk groote wijzigingende gemeente kocht
het Park uit de nalatenschap en I
schonk in 1853 de manege aan