DE HAAGSCHE DAGBLADPERS IN DE I 9E EEUW. 229 Nederlandsche journalistiek; tot de capaciteiten die wij bezitten in deze zeer bijzondere sfeer van intellect, mag gezegd worden, dat de Nederlandsche dagbladpers de vergelijking met de vreemde gerust kan doorstaan. Ook wat tegenwoordig de personen der leiders betreft, veelal uit de besten onzer wetenschappelijke en politieke wereld opgekomen. Ook wat de veelzijdigheid van inhoud der dagbladen belangt en de bronnen waaruit zij hunne inlichtingen putten. Ook wat de relatiën aangaat, over welke zij in de hoogste en hoogere kringen mogen beschikken. Ook in de waardeering die de Pers zich heeft mogen veroveren door de levens- de achting die men ook in het maat schappelijk leven zich verwerft: het zelf-respect, het hoog houden van karakter en eigenwaarde. Doch óók en vóóral mag de Nederlandsche dagbladpers im groszen Ganzen genomen fier en trotsch ’t hoofd opsteken wanneer het aankomt op de financieele onafhankelijkheid en de volstrekte onomkoopbaarheid, waardoor het beste deel zich steeds onderscheiden heeft. Hier mag de Neder landsche nationale pers ten voorbeeld strekken van menige buitenlandsche verhouding. i)En wanneer de Nederlandsche dagbladpers nog niet mocht kunnen beschikken over een mate van invloed als vaak elders wordt uitgeoefend op de machthebbers in land en stad, dan heeft dit een negatieve en een positieve oorzaak. De negatieve is, dat ondanks hare integriteit een levensquaestie voor de kracht die van de Pers moet uitgaan op het nationaal Wij hoorden ’t met voldoening hoe in de Begrootingsdagen van 1903, dr. Kuyper, de Staatsman-publicist, met warmte en gloed den handschoen opnam voor de integriteit der Neder landsche Pers, toen zekere rechtmatige bezorgdheid van den heer Troelstra dezen bekwamen leider een onverdiend ver moeden op de lippen legde. meer en meer voorwaarde voor

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 242