HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ. 249 Europeesche landen, maar zelfs naar Egypte, Indië en Amerika door den heer ISieuwerkerk, achterkleinzoon van den uitvinder, die nog in hetzelfde huis aan het Voorhout gevestigd is, worden uitgevoerd. Gaf men aan druiven boven mokkanat de voorkeur, zoo had men de keuze tusschen 25 wijnkoopers, welk aantal thans wel verviervoudigd is, maar toch voor die dagen nogal aanzienlijk kan worden genoemd. Merk waardig is, dat sommige wijnhandelaars tevens chocolade fabrikanten waren, zooals b.v. de heer Caillou, die nog in de tweede helft der XlXe eeuw naast zijn wijnhandel de chocoladefabricatie uitoefende, natuurlijk nog op tamelijk primitieve wijze en op kleine schaal. Dat onze groot- en overgrootvaders naast de oud- vaderlandsche deugden ook enkele ondeugden hadden geërfd, zou kunnen blijken uit het ongelooflijk groot aantal tappers, hetwelk dat van alle andere beroepen verre achter zich laat, daar wij er niet minder dan 562 teldenHierbij zij echter opgemerkt, dat er behalve de eigenlijke tappers ook grossiers, z.g. flessianen, herbergiers en houders van logementen, koffiehuizen en sociëteiten onder gerekend werden. Onder hen troffen w.e de firma A. van den Bergh in de Spuistraat aan, welke firma in 1781 werd opgericht en behalve de tapperij ook eene kruideniers- en drogistzaak dreef. Daarentegen schijnen de Hagenaars zich destijds aan het gebruik van tabak nog niet te buiten gegaan te hebben, daar hiel en snuifwinkels werden aangetroffen, opmaken dat de tabak toen nog niet, eerste levensbehoeften van den slechts 26 tabak- waaruit men zou gelijk thans tot de Hagenaar behoorde. Een natuurlijk gevolg van de aanwezigheid der hof kringen was, dat het aantal winkels van bijouterieën, galanterieën en z.g. „Neurenburger waren” vrij groot

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 262