HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ. 257 Lodewijk den titel van Zij werkte met 40 werklieden en papier per dag, maar men was breiden. In hetzelfde verslag worden ook twee assurantie- maatschappijen genoemd, die tot op den huidigen dag bestaan, de Haagsche assurantiecompagnie, opgericht in 1805, en de Société Batave de garantie en cas d’incendie, thans de Bataafsche Brandwaarborgmaatschappij, opgericht in 1806. In 1813 werd dit verslag uitgebracht en het einde des jaars bracht de langgewenschte verlossing. Het hof en de regeering vestigden zich weer in den Haag, en lang zamerhand keerde de gewone bedrijvigheid terug. Daarbij kwam dat de Koning veel belang stelde in handel en nijverheid en op allerlei wijzen trachtte deze te bevorderen. 17 stad die eertijds zeer bloeide, hoewel ook gezegd wordt dat er geen andere handel en industrie bestonden dan van artikelen van luxe en van hetgeen voor het garnizoen benoodigd was. Ten gevolge van het vertrek van regeering en hof, van bureaux en garnizoen was de stad zoo verarmd dat huizen en eigendommen tot van hun waarde waren gedaald en de stad meer dan 200.000 fr. subsidie had moeten geven aan de godshuizen, behalve hetgeen door de particuliere liefdadigheid werd gedaan. Behalve de 2 reeds genoemde leerlooierijen, waarvan er een op Jt oogenblik stilstond en de andere, in plaats van zooals vroeger met 10 a 12, nu met slechts 3 werklieden werkte, wordt in dit verslag slechts één distilleerderij van brandewijn en jenever genoemd (terwijl er 2 in Leiden, 37 in Rotterdam en 127 in Schiedam bestonden) en één papierfabriek met windmolen van Krantz, de Charro en Co., die in 1808 was opgericht en aan de Zuid-Westbinnensingel stond. Deze fabriek had van Koning koninklijke papierfabriek gekregen, vervaardigde 10 riem van plan haar uit te

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 270