HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ.
279
van twee bescheiden chocoladefabriekjes
Van Kempen, die men hier omstreeks
1879 door Dr. J. Th. Mouton een fabriek van margarine-
boter opgericht. Hoewel de kunstboter meermalen een
heftigen strijd tegen de natuurboter te voeren had en de
fabriek in de jaren dat er overvloed van natuurboter
was, moeielijke tijden beleefde, zoo was de staat dezer
fabriek toch doorgaans gunstig en was zij vooral in
slechte tijden een uitkomst voor de mingegoeden. In
1889 werd zij naar de Geestbrug verplaatst om beter
aan de eischen te kunnen voldoen en in 1895 ging ZÜ
over aan eene naamlooze vennootschap, terwijl het volgend
jaar haar naam verdoopt werd in „Westenburch, fabriek
van levensmiddelen”, daar ze zich nu toelegt op de
vervaardiging van vruchten-, groenten- en vleeschcon-
serven. Haar debiet breidt zich zoowel binnen- als buitens
lands gestadig uit. Het doel der directie is vooral te
voorkomen dat, gelijk tot nog toe maar al te vaak ge
schiedt, voortbrengselen van ons eigen land overzee
worden gezonden, om daar verduurzaamd en vervolgens
weer als buitenlandsche producten in ons land ingevoerd
te worden.
In de plaats
van Caillon en
1850 aantrof en die in de tweede helft der eeuw'te niet
gingen, breidde zich langzamerhand de, eveneens op
kleine schaal begonnen, fabriek van den banketbakker
Rademaker uit tot de groote chocoladefabriek te Scheve-
ningen, zooals wij die in onze dagen kennen, die nog
steeds in bloei toeneemt en thans beheerd wordt door de
Maatschappij tot exploitatie van Rademaker’s Koninklijke
Cacao- en Chocoladefabrieken met een geheel geplaatst
en volgestort aandeelenkapitaal van 5 ton. De groote
uitbreiding der zaken deed de maatschappij zelfs besluiten
ook in Engeland een fabriek te stichten, voor welk doel
reeds een gebouw te Coventry is aangekocht.