286 HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ. en die in 1899 eene afdeeling oprichtte om te onderzoeken hoe de school ook aan de belangen der volksklasse kan worden dienstbaar gemaakt. We noemden hierboven reeds enkele vereenigingen die zich de bevordering van handel en nijverheid ten doel stellen. De Haagsche afdeeling van de maatschappij ter bevordering van nijverheid dagteekent reeds uit het einde der vorige eeuw; de meeste andere ontstonden na 1850. De afdeeling der vereeniging tot bevordering van fabrieks- en handwerksnijverheid viert, evenals de vereeniging zelve, in 1901 haar 50-jarig bestaan en uit de voorgaande bladzijden is duidelijk gebleken dat beide afdeelingen zich inderdaad hebben beijverd, de Haagsche nijverheid, zooveel in haar vermogen was, te bevorderen. Andere vereenigingen, op dit gebied werkzaam, zijn de vereeniging Arti et Industriae tot bevordering der Kunst nijverheid, de vereeniging voor handel, nijverheid en gemeentebelangen, de ’s-Gravenhaagsche Handelsver- eeniging, de vereeniging tot wering van oneerlijke con currentie en die ter bevordering van de algemeene belangen van Scheveningen. Onder de vereenigingen die meer bepaaldelijk de belangen van den werkman beoogen, is zeker wel eene der oudste, de vereeniging tot bevordering van ambachten onder de Israëlieten, die in 1846 werd opgericht, onder bescherming van den Koning. Vóór dien tijd was het aantal Israëlieten, die zich op handenarbeid toelegden, zeer gering, vooral daar zij onder de republiek, van de ambachtsgilden waren uitgesloten, zoodat alleen de handel voor hen openbleef. Dientengevolge beweerden dan ook velen, dat de Israëlieten niet geschikt waren om de ambachten uit te oefenen, en de vereeniging stelde zich ten doel het tegendeel hiervan te bewijzen. Zij zorgt ook voor herhalings- onderwijs en heeft, behalve bij verschillende werkbazen,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 299