HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ. 303 lang- het meeste schuiten vielen dan ook in Vlaardingen, Maassluis en Schiedam binnen, zoodat slechts weinige na het eindigen der haringvisscherij in Scheveningen op het strand werden gezet. Ongetwijfeld zal de aanwezigheid van de haven veel gemak en besparing van onkosten meebrengen en is het voortbestaan der visscherij te Scheveningen hierdoor in de toekomst gewaarborgd; maar of deze door eene haven als de bedoelde werkelijk tot meerderen bloei en ontwikkeling gebracht zal worden, zal de toekomst moeten leeren. Daar de haven alleen voor bomschuiten toegankelijk zal zijn, legt men zich in den laatsten tijd er op toe deze zooveel mogelijk te verbeteren. Zoo zijn reeds sedert eenige jaren bommen van minder lomp model in gebruik, die goed bevallen en die men logger- schuiten zou kunnen noemen. In 1899 heeft men zelfs een bom gebouwd met kiel, die eene laadruimte heeft, minstens even groot als die der nieuwste loggers en die met volle lading in de ontworpen haven zal kunnen binnenkomen. Op deze wijze hoopt men de mededinging met de loggers te kunnen volhouden. De groote meerderheid waarmede de Gemeenteraad tot den aanleg besloot, was een bewijs dat men zamerhand ook buiten Scheveningen het belang van behoud der visscherij was gaan inzien en dit belang is voor den Haag ook waarlijk niet gering. De visscherij toch verschaft aan honderden gezinnen brood, niet alleen aan die der visschers maar ook aan vele andere, daar verschillende takken van nijverheid erbij zijn betrokken, alsde scheepstimmerwerven, die in den laatsten tijd, door de onzekerheid of de visscherij zich al of niet zou verplaatsen, weinig werk hadden; verder: de netten makerijen, taanderijen, zeil- en blokmakerijen, spijker- en ankersmederijen. mandenmakerijen, bokkingrookerijen en vischdrogerijen, terwijl ook de behandeling, bereiding en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 316