3o6
HANDEL EN NIJVERHEID VAN DEN HAAG, ENZ.
de gondel het tegen dezen mededinger nog wel kunnen
volhouden, doch in 1879 werd haar de doodsteek toe
gebracht door den stoomtram, die in dat jaar door de
toenmalige Rijnspoorwegmaatschappij in werking werd
gebracht. Daarbij kwam in 1886 de stoomtram van de
Hollandsche spoorwegmaatschappij, terwijl de Haagsche
Tramwegmaatschappij in 1889 deze vervoermiddelen nog
met een Electrische tram kwam vermeerderen, zoodat
onze vaderen van 50 jaar geleden ons in dit opzicht
konden benijden.
Het wil ons echter voorkomen, dat al die vervoer
middelen minder aan de belangen der visscherij het
aanzijn te danken hebben, dan wel aan de behoefte der
Hagenaars om in den kortst mogelijken tijd aan het strand
verpoozing te zoeken van de vermoeienissen des daags.
Daar is intusschen al heel wat veranderd, sedert men,
als in het begin der eeuw, van de zeebaden gebruik
maakte zonder andere hulp dan die van de vrouwen en
dochters der visschers, die zich aanboden op de kleederen
te passen en, volgens getuigenis van een vreemdeling,
de baders voor een fooitje bij het afdrogen en aankleeden
behulpzaam waren! In 1818 opende Jacob Pronk zijn
badhuisje en sedert nam het aantal baders zoozeer toe,
dat in 1826 de gemeente het badhuisje overnam en een
nieuw badhuis begon te bouwen, dat in 1828 als Grand
Hotel des Bains werd geopend Daarnaast bestond ook
eenigen tijd de badinrichting van den heer A. E. Maas,
thans Hotel Zeerust, en van lieverlede zag men er nu
ook verscheidene andere hotels verrijzen Met ingang
van 1 Januari 1884 nam de Maatschappij „Zeebad Sche-
veningen” de exploitatie van het badhuis van de gemeente
over en in 1885 werd het nieuwe Kurhaus gebouwd,
dat reeds het volgende jaar afbrandde doch spoedig als
een fenix uit zijn asch herrees. Tot vóór korten tijd