322 UIT DEN SOLDATENDOOS VAN DEN HAAG. en voor de Dragonders en Fransche Jagers te Paard, van het 8 Reg1. kwamen tegen i uur, doch de Generaal zelf des avonds aan. Hij nam zijn intrek in het voormalig Logement van Rotterdam op het Plein (thans het Ministerie van Oorlog). Hij woonde tijdens zijn verblijf (19 Mei) met zijne gemalin en met zijn gevolg de voorstelling bij in den Franschen Schouwburg en vertrok den volgenden dag met een vertrok den volgenden dag met detachement van het 6e Regiment Huzaren. Het garnizoen werd intusschen grooter sterkte op 15 Mei 1804 vinden wij opgegeven: Infanterie 626 295 921 hoofden, Artillerie 48 hoofden, Veld Compn. Rijdende Artillerie met Trein 78 -j- 91 169 hoofden, Cavalerie (Ligte Dragonders) 201 hoofden, maar helaas slechts 96 paarden. Op 18 Mei 1804 werd de Eerste Consul tot Keizer der Franschen uitgeroepen en zulks bleef niet zonder invloed op het Leger, zonder dat speciaal den Haag daarin betrokken was. Intusschen waar een Vorst regeert moet ’t ook Vorstelijk toegaan en zoo had 30 Juli 1804 de plechtigheid plaats der overgifte van de Geloofsbrieven door den Franschen Gezant de Semonville aan ons Gouver nement bij eene publieke audiëntie. Vóór 12 uur bevonden zich alle Officieren van het Garnizoen, die geen andere diensten hadden te verrichten in het Hotel van het Staats Bewind. Even na 12 uur begaf zich eene Commissie uit dat Bewind, bestaande uit de Leden Bicker en Bijleveld, in een met 6 paarden bespannen koets, voorafgegaan door een Looper van den franschen Ambassadeur, 6 Staats boden, 6 knechts in livrei (blauw met zilver) en geëscor teerd door een Detachement Cavallerie, naar de woning van den Ambassadeur, ten einde Zijne Excellentie af te halen. Van daar gaande bestond de stoet uit: 2 Loopers van den Ambassadeur, rijk met goud uitgedoscht, 6 Stalmeesters te paard, 2 koetsen elk met 4 paarden en 3 koetsen elk

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 336