354 HET NATIONAAL TOONEEL, ENZ. althans in naara, bestaat. De paedagogie werd ten troon verheven en het artistiek element naar den achtergrond gedrongen. Men stelde zich voornamelijk de zedelijke verheffing van den stand der tooneelspelers ten doel, hoewel de verwezenlijking van dit ideaal niet op den weg en zelfs niet binnen het bereik van het Tooneel- verbond ligt en aan de tooneelspelers zelven behoort te worden overgelaten. Aan pogingen, om de grondslagen der school te hernieuwen, heeft het niet ontbroken. Het heeft aan de Haagsche afdeeling van genoemd Verbond een strijd van tien jaren gekost, om den voorbereidenden cursus te doen vervallen, die aanvankelijk op drie jaren was vastgesteld en geleidelijk tot twee en een jaar werd verminderd, om ten slotte te verdwijnen. Zoo heeft het ook veel inspanning geeischt den leeftijd van toelating met enkele jaren te doen verhoogen; die is nog altijd te laag gesteld, hoewel er in den laatsten tijd ook andere leerlingen werden aangenomen. De school heeft dan ook na de wijzingen, nog altijd haar tweeslachtig karakter van half voorbereidende school, half vakschool te zijn. De leer lingen zijn in twee groepen gesplitst, waarvan het eene deel les in de nieuwe talen ontvangt, hoewel die kennis gemakkelijk elders, kan verkregen worden en op een vakschool niet thuis behoort, terwijl de andere helft enkel technisch onderwijs geniet. Het aantal mislukkingen is dan ook groot, hetgeen in zooverre als een geluk kan worden beschouwd, omdat er anders overproductie zou ontstaan, hoewel het aantal ontevredenen en ge- declasseerden in de maatschappij daardoor wordt vergroot. Daar aan de andere zijde een school zonder leerlingen geen recht van bestaan heeft, werd door de Haagsche afdeeling het denkbeeld ontwikkeld de school door studie beurzen of stipendiën voor onbemiddelde jongelieden van grooten aanleg te vervangen, waardoor het doel,

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 371