EEN EN ANDER OVER DEN HAAGSCHEN SCHOUWBURG. +23 ’s-Gravenhage, 23 Maart 1904. D. W. P. Keuskamp. rato betaald worden. Men noemt dat extra-cachetten. Over het algemeen zingt geen enkele der eerste artisten twee dagen achtereen en kan de directie hen niet laten repeteeren op dagen dat zij ’s avonds zingen moeten. De artisten, de kleinere emplooien uitgenomen, hebben hun eigen costumes. Voor de costumes van koren, ballet en figuranten moet de directie zorgen. Rekent men hierbij nog de kosten van de muziek, die tegenwoordig ook ten laste van de directie komen, en waarvoor aan huur gemiddeld f 5000 per seizoen moet worden betaald, dan zal men moeten erkennen dat de opera-exploitatie hier ter stede geen lichtvaardig te ondernemen zaak is.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 451