’S-GRAVENHAGE GEDURENDE DE I9DE EEUW. 51 J) Zie Haagsch Jaarboekje 1897, waar wij kunnen lezen dat het Bosch meer dan eens groot gevaar liep van omgehakt te worden. Opmerkelijk is het zeker dat de Spanjaarden het uit heiligen eerbied spaarden doch de landzaten kort daarop misschien wel een zesde omhakten. om al de veelvuldig verspreide zitbanken op een zomer- schen avond in beslag te nemenhun gekir vermengt zich dan met den zang van den nachtegaal en andere gevederde bewoners. Niettegenstaande deze geduchte concurrent blijft echter ’t Haagsche bosch het Bosch bij uitnemendheid; de statig heid der woudreuzen, de schoonheid der waterpartijen wekken bewondering en stemmen tot ernst als men op een eenzaam plekje nederzit; toch worden de fraaiste lanen niet zoo veelvuldig bewandeld als men zou wenschen, maar daarentegen brengt de fietswereld er thans eene levendigheid die daar eigenlijk misplaatst is; toen wij onlangs den oudsten der oude beuken, den Cats-beuk op ons gemak stonden te bekijken en de verzuchting uitten dat ook deze er spoedig zal geweest zijn, kwam een ongetemde wielrijder de Laan van Nieuw-Oost-Indië zoo onbesuisd doorrennen dat een zijsprong noodwendig was om onverlet te blijven. Sedert het ongunstig befaamde Paviljoen en de reeks tentjes langs de Maliebaan zijn afgebroken, is alleen de Societeitstent als gebouw overgebleven; hoe zij aan dien naam kwam is bekend; in 1819 werd een linnen tent geplaatst, die in 1823 reeds door een houten gebouw werd vervangen, terzelfder plaatse waar de Witte Sociëteit thans de bekende Turksche moskee bouwde. Toch is er nog een groot aantrekkingspunt aan de noordelijke grens, wij bedoelen niet het vermaarde en sedert de Vredes conferentie van 1899 nog wijdvermaarder Huis in het Bosch, J) maar het van ouds gerenommeerde Roomhuis

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1904 | | pagina 63