DE HAAGSCHE TYPEN IN DE I9E EEUW.
135
De overgang van een groven turfdrager tot een elegant
en statig door de grachten geboomd, aan de beide wal
kanten begeleid door een nieuwsgierige volksmenigte.
Een andere tocht der Argonauten, met dit kleine
onderscheid dat er weinig Grieksche neuzen bij waren
te ontdekken.
Dit nam evenwel niet weg dat er op dit vroege morgen
uur nooit over gebrek aan belangstelling van de zijde
der burgerij viel te klagen de volkrijke buurt van Spui,
Ammunitie- en Schedeldoekshaven en tusschenliggende
steegjes en sloppen leverde een niet onbelangrijk contingent,
dat nog welwillend werd aangevuld door een specifiek
Haagsche categorie van zoogenaamde loopmeisjes, die dan
ook werkelijk blijkens den toestand harer voetbekleedselen
en den rand van het kleedingstuk dat zij hun japon
durven noemen, zich dien naam ten volle waardig maken.
Aan deze schepseltjes komt bovendien de eer toe,
dat zij dit ochtendschouwspel met teekenachtige en ge
peperde uitdrukkingen meer klem bijzetten dan de zon
er aan geven kon, het woord van Cats tot waarheid
makende dat een Hollandsche vrouw in haar eigen land
niet verlegen is.
Bij het Zieken begon het uitgeleide al een weinig te
dunnen, en wanneer eindelijk, bij het begin van de
Trekvaart, een magere knol aan de lijn werd gespannen,
was het vaartuig met zijn vroolijke opvarenden weldra
uit het gezicht en werd alleen nog op een sukkeldrafje
gevolgd door eenige volhardende pretmakers, die bij de
Hoornbrug een laatst vaarwel aan de feestgangers toe
wuifden.
Maar deze tochten behooren tot de 'geschiedenis en
het type van den Haagschen turfdrager dat al lang aan
’t verbleeken was is hiermede totaal uitgewischt.