6 EEN EEUW GENEESROMMEL. Met de invoering der Staatsregeling zijn gevestigd in de hoofdsteden der provinciën, alsmede te Amsterdam en te Dort, geneeskundige commissiën van toevoorzicht, onderworpen aan den commissaris-generaal, tot het ministerie van binnenlandsche zaken behoorende. Maar, hoewel éen der eerste geneeskundigen des lands, worden diens bevelen zelden uitgevoerd, wijl de commissiën onder ling met elkander onderhandelen. Lodewijk, die gaarne de ambtenaren en in de eerste plaats de ministers; die allesbehalve een „homogeen” ministerie vormen; naar z’n hand zet, Lodewijk zal daarin verandering brengen. Jawelnu raadpleegt elke commissie met het goevernement alsof er geen commissaris bestaat, brengt den tijd zoek met „schrijven en wrijven"” en niets tot stand. In den franschen tijd, zelfs nog tot negenentwintig januari ’14, hebben wij de geneeskundige jury voor het departement van de monden van de Maas (waarom niet Maasmonden?) en médecins d’épidemies. De jury neemt de examina af, evenals de departementale commissiën doen van achtentwintig april ’06 tot en met ultimo October ’65. Zuidholland, zooals gezegd is, wordt gedeeld in een „ressort” Haag en Dort; het laatste omvat het over- maasche plus Rotterdam. Net eender blijft het in ’65. Amsterdam en Den Haag krijgen elk ’n inspecteur en Haarlem en Rotterdam ieder ’n adjunct. De laatsten vinden het geriefelijker te Amsterdam en in Den Haag te wonen, hetgeen duurt tot in Augustus ’90, toen onze inspecteur dr L. J. Egeling is gepensioneerd en de adjunct dr B. Carsten inspecteur wordt der geheele provincie. Het besluit van negenentwintig januari ’14 herstelt de verordening van twintig maart ’04 en Groen van Prinsterer herneemt zijn vroegere betrekking tot '22, doch nu als commissaris voor de geneeskundige zaken van het noorden. De hoogleeraar S. J. Brugmans, oud-inspecteur-generaal

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1905 | | pagina 14