iÖ3
DE OPRICHTING VAN HET CORPS, ENZ.
De reproducties zijn genomen naar een teekening van
den Heer W. C. Staring.
mouwopslagen van dezelfde kleur als die van den pels.
De Hongaarsche korte broek was van rood laken met
een breeden band van wit galon belegd.
De schako waarop de keizerlijke adelaar prijkte, was
rood en het garnituur evenals de knoopen van wit metaal.
De roode bal droeg een hooge groene pluim met rooden
top voor het iste regiment, blauwen top voor het 2e,
gelen top voor het 3e en witten top voor het 4e regiment.
De wapenen bestonden uit: sabel, pistolen en karabijn.
Tevens was vastgesteld dat de jongelieden bij hun in
dienst treden een som van 1500 francs behoorden te
storten, waaraan uiterlijk binnen den tijd van twee dagen
moest worden voldaan. Van Regeeringswege werd hun
voor den prijs van 800 francs een rijpaard verschaft,
welke dieren, zoóals later bleek, meerendeels in slechte
conditie verkeerden.
In het Journal du Département des Bouches de la Meuse
van 18 April 1813 liet de prefect Baron de Stassart
bekend maken, dat ter secretarie van de Prefecture bij
elke Onder-Prefecture en Mairie van genoemd Departement
een ieder zich voor dat Corps d’élite kon laten inschrijven,
die de middelen bezat om zich op eigen kosten te kunnen
uitrusten en aan de gestelde eischen voldoen.
In hetzelfde nummer van genoemd Journal noodigde de
Maire van ’s-Gravenhage, J. van Schinne, de ingezetenen,
die in de termen van het decreet vielen, uit, zich op de
Mairie te doen inschrijven, waartoe Maandag 19 April
en drie volgende dagen de gelegenheid zou worden open
gesteld. Tevens strekte tot waarschuwing voor hen, die
aan de inschrijving geen gehoor gaven, dat dezen door